-
Mattheüs 10:2-4Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
2 Dit zijn de namen van de 12 apostelen:+ als eerste Simon, die Petrus+ wordt genoemd, en zijn broer Andre̱as,+ Jakobus, de zoon van Zebede̱üs, en zijn broer Johannes,+ 3 Fili̱ppus en Bartholome̱üs,+ Thomas+ en Mattheüs+ de belastinginner, Jakobus, de zoon van Alfe̱üs, en Thadde̱üs, 4 Simon de Kananeeër en Judas Iska̱riot, die hem later heeft verraden.+
-
-
Markus 3:14-19Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
14 Hij vormde* een groep van 12 en noemde ze apostelen. Zij zouden met hem meegaan en hij zou ze eropuit sturen om te prediken+ 15 en ze de macht geven om demonen uit te drijven.+
16 De groep van 12+ die hij vormde,* bestond uit Simon, die hij ook Petrus+ noemde, 17 Jakobus, de zoon van Zebede̱üs, en Johannes, de broer van Jakobus (deze twee noemde hij ook Boane̱rges, wat ‘zonen van de donder’ betekent),+ 18 Andre̱as, Fili̱ppus, Bartholome̱üs,+ Mattheüs, Thomas, Jakobus, de zoon van Alfe̱üs, Thadde̱üs, Simon de Kananeeër 19 en Judas Iska̱riot, die hem later heeft verraden.
Hij ging een huis binnen,
-