Dienstvergaderingen voor januari
Week die op 3 januari begint
5 min: Plaatselijke mededelingen. Vestig kort de aandacht op specifieke punten in de lopende tijdschriften die mensen in het plaatselijke gebied zullen aanspreken.
18 min: „’Godvruchtige vrees’-districtscongres van Jehovah’s Getuigen 1994”. Vraag-en-antwoordbehandeling van het inlegvel door de secretaris. Beklemtoon dat er dit jaar voor het hele land één congres is; noem de datum. Het is dus noodzakelijk vroeg plannen te maken teneinde dit congres niet te missen. Beklemtoon de schriftuurlijke gedachten en memoreer wat de huisvestingssituatie betreft kort de punten die voor de gemeente van belang zijn. De beginselen van eerlijkheid, gehoorzaamheid, liefdevolle bezorgdheid voor anderen enzovoort, zijn altijd van toepassing, of iemand nu wel of niet van een hotelkamer gebruik maakt. Prijs de broeders en zusters voor hun medewerking in verband met de congresregelingen.
7 min: Korte lezing over de hoofdpunten van het artikel in De Wachttoren van 1 februari 1992, blz. 25-27, getiteld „Heb een zelfopofferende geest!” Moedig aan tot de pioniersdienst.
15 min: „Anderen helpen de waarde van onze publikaties in te zien”. Bespreek het artikel met de gemeente. Laat na par. 3 en 4 korte demonstraties houden. Licht de verkondigers erover in welke oudere boeken de gemeente in voorraad heeft. Als de gemeente er geen heeft, demonstreer dan na de bespreking van par. 5 het gebruik van het boek De mens op zoek naar God.
Lied 116 en slotgebed.
Week die op 10 januari begint
10 min: Plaatselijke mededelingen en toepasselijke Mededelingen uit Onze Koninkrijksdienst.
15 min: Ben je erop voorbereid het hoofd te bieden aan een medische situatie die je geloof op de proef stelt? Bezielende lezing door bekwame ouderling om de broeders en zusters te helpen de beschermende waarde te beseffen van de Medische richtlijn/Ontheffing, waarbij hij gebruik maakt van par. 1-3 uit het inlegvel van Onze Koninkrijksdienst van november 1990. In de praktijk is gebleken dat veel kaarten niet getekend of van oudere datum waren. Laat de nieuwe kaarten uitdelen — alleen aan gedoopte verkondigers — en bespreek vervolgens de brief van 15 oktober 1991 over het invullen van deze kaarten. Geef de broeders en zusters de raad de kaarten NIET vanavond in te vullen, maar ze mee naar huis te nemen, gebedsvol na te denken over de noodzaak ervan en ze daarna in te vullen. Maar ONDERTEKEN de kaart dan NIET. Neem de ingevulde kaart mee naar de eerstvolgende boekstudie, waar de ouderlingen hulp zullen bieden door erop toe te zien dat de kaarten in het bijzijn van getuigen worden ondertekend en gedateerd. De gemeenteboekstudieleider zal zich er met behulp van een up to date gemaakte lijst van vergewissen dat allen in zijn groep dit gedaan hebben. (Gedoopte ouders kunnen geholpen worden de Identiteitskaart voor hun kinderen in te vullen.) De boekstudieleiders/ouderlingen kunnen iedereen die niet op die boekstudie was, nog altijd op de daaropvolgende dienstvergadering helpen, totdat de kaarten van alle gedoopte verkondigers juist ingevuld en ondertekend zijn. Ouderlingen dienen een lijstje te hebben van eventueel resterende verkondigers en te proberen alle kaarten zo spoedig mogelijk in orde te brengen.
20 min: „Teruggaan om waardering op te bouwen”. Bespreking met zaal. Laat, als de verkondigers oudere boeken gebruiken, in een demonstratie zien hoe bij iemand die een van deze boeken genomen heeft, een nabezoek gebracht kan worden. Demonstreer anders met gebruikmaking van de suggesties in par. 5 een nabezoek bij iemand die het boek De mens op zoek naar God heeft genomen.
Lied 154 en slotgebed.
Week die op 17 januari begint
10 min: Plaatselijke mededelingen en financieel verslag. Verwerk bevestigingen van het Genootschap voor overgemaakte bijdragen. Breng waardering tot uitdrukking voor de wijze waarop de verkondigers de activiteiten van het Genootschap en van de gemeente financieel ondersteunen. Herinner allen die hun Medische richtlijn/Ontheffing nog niet volledig ingevuld hebben eraan dat vanavond te doen door hun gemeenteboekstudieleider of een van de andere ouderlingen te benaderen.
20 min: „Prediken in vaak bewerkt gebied”. Vraag-en-antwoordbespreking onder leiding van de dienstopziener. Laat in gemeenten met vaak bewerkt gebied een demonstratie houden van een van de in par. 4 en 5 genoemde inleidingen uit het Redeneren-boek, alsook van een andere toepasselijke inleiding die hetzij uit par. 6 en 7 is genomen of speciaal voor het plaatselijke gebied is voorbereid. In gemeenten die hun gebied niet zo vaak bewerken, dienen andere geschikte inleidingen uit het Redeneren-boek in demonstraties getoond te worden. De demonstraties moeten goed gerepeteerd zijn.
15 min: Welke toekomst wacht de aarde? Gebaseerd op het Redeneren-boek, blz. 29-33. (5 min.) Lezing over punten op blz. 29 en 30, tot het tweede kopje. (7 min.) Een nieuwere verkondiger en een rijpe, ervaren verkondiger bespreken de inlichtingen vanaf blz. 30, tweede kopje, tot blz. 33, tweede kopje. Wereldse familieleden van de nieuwe verkondiger hebben betoogd dat de aarde volgens de bijbel zal worden vernietigd. De nieuwere verkondiger vraagt de meer ervaren verkondiger hem te helpen bijbelteksten over de aarde te begrijpen. (3 min.) Bespreek tot slot de vraag op blz. 33: „Wat voor mensen zal God met eeuwig leven op aarde begunstigen?” Moedig allen aan zich in te spannen om voor dat gezegende voorrecht in aanmerking te komen.
Lied 176 en slotgebed.
Week die op 24 januari begint
5 min: Plaatselijke mededelingen. Moedig allen aan deze week in de velddienst te staan. Maak de velddienstregelingen van de gemeente bekend.
10 min: Vragenbus. Lezing met enige zaaldeelname. Help allen te begrijpen waarom er overeenkomstig de in de eerste drie paragrafen uiteengezette richtlijnen gehandeld dient te worden. Af en toe krijgt het Genootschap telefoontjes en brieven van boze huisbewoners die beweren dat Jehovah’s Getuigen nog steeds bij hen aan de deur komen, ondanks het feit dat hun herhaaldelijk gezegd is niet meer aan te bellen. Daarom moeten wij, wanneer wij van huis tot huis werken, vooral niet vergeten de gebiedskaart na te kijken en nota te nemen van de woningen waar ons gevraagd is niet aan te bellen.
15 min: Plaatselijke behoeften. Of een lezing door een ouderling over „Heb een juiste kijk op Gods barmhartigheid”, gebaseerd op De Wachttoren van 1 oktober 1993, blz. 22-25.
15 min: Velddienstactiviteit van de gemeente. Dienstopziener en andere ouderling beschouwen de activiteit van de gemeente gedurende de afgelopen vier maanden. Een derde van het dienstjaar (september-december) is nu voorbij. Hoe gaat het met de gemeente? Prijs de gemeente oprecht voor terreinen waarop het goed gaat. Noem ook terreinen waarop de gemeente verbetering zou kunnen aanbrengen en geef praktische suggesties. Verwerk één of twee korte, aanmoedigende velddienstervaringen uit de eerste vier maanden van het dienstjaar. Eindig met een positieve, opbouwende noot. Jezus’ vreugde sproot voort uit het volbrengen van zijn bediening. Ook ons zal het grote vreugde schenken als wij druk bezig blijven in het werk dat Jehovah ons te doen heeft gegeven. — Joh. 4:34; 1 Kor. 15:58.
Lied 179 en slotgebed.
Week die op 31 januari begint
5 min: Plaatselijke mededelingen. Moedig allen aan al vroeg in de maand met de velddienst te beginnen door dit weekend aan de dienst deel te nemen. Wellicht kun je wat nuttige suggesties geven voor het aanbieden van de lopende tijdschriften.
7 min: U kunt voor eeuwig in een paradijs op aarde leven van huis tot huis aanbieden. Korte, enthousiaste lezing over het feit dat het boek heel waardevol is gebleken als het erom gaat mensen te helpen Jehovah te leren kennen en te aanbidden. Demonstreer hoe een verkondiger zich er met behulp van de suggesties in deze uitgave van Onze Koninkrijksdienst op zou kunnen voorbereiden om dit boek in de velddienst te gebruiken.
18 min: „Het bezoeken van vergaderingen — een ernstige verantwoordelijkheid”. Vraag-en-antwoordbehandeling. Interview in verband met par. 2 verkondigers die moeilijkheden hebben overwonnen om geregeld de vergaderingen bij te wonen.
15 min: Als gezin het nieuwe Jaarboek lezen. Gezinshoofd heeft met zijn gezin een enthousiaste bespreking van het inleidende materiaal op de eerste 64 bladzijden van het Jaarboek 1994. Tot slot zet hij regelingen voor het gezin uiteen om elke week enkele bladzijden uit het Jaarboek te lezen.
Lied 188 en slotgebed.