Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w88 15/12 blz. 25-27
  • U kunt bergen verplaatsen!

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • U kunt bergen verplaatsen!
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1988
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • In deze tijd bergen verplaatsen
  • Pioniersdienst — Iets voor jou?
    Onze Koninkrijksdienst 1978
  • Jij wordt uitgenodigd te gaan pionieren — Zul je de uitnodiging aannemen?
    Koninkrijksdienst 1973
  • Wat is je hartewens?
    Koninkrijksdienst 1974
  • „Je zou een goede pionier zijn!”
    Onze Koninkrijksdienst 2010
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1988
w88 15/12 blz. 25-27

U kunt bergen verplaatsen!

NAAR verluidt stond de mens op 29 mei 1953 voor de eerste keer boven op de hoogste bergtop ter wereld — de Mount Everest, 8848 meter boven de zeespiegel. Met de steun van meer dan 450 man waren Edmund Hillary uit Nieuw-Zeeland en Tenzing Norgay, een Sherpa uit Nepal, erin geslaagd de gevaren van glad ijs, verblindende sneeuw en gebrek aan zuurstof te overwinnen en hadden de top van hun acht en een halve kilometer hoge doel bereikt.

De top van hoogoprijzende bergen beklimmen, is beslist een uitzonderlijke prestatie. Toch is ze niets vergeleken bij datgene wat Jezus voor zijn discipelen beschreef: „Voorwaar, ik zeg u: Indien gij geloof hebt ter grootte van een mosterdzaadje, zult gij tot deze berg zeggen: ’Verplaats u van hier naar daar’, en hij zal zich verplaatsen, en niets zal u onmogelijk zijn.” Stelt u zich dat eens voor: niet een berg beklimmen, maar een berg verplaatsen! — Matthéüs 17:20.

Hoe kwam Jezus ertoe dit tot zijn discipelen te zeggen? Zij waren er zojuist niet in geslaagd een door een demon bezeten jongen te genezen. Jezus beklemtoonde de reden voor hun falen: Zij moesten meer geloof hebben (Matthéüs 17:14-20). Hij vergeleek geloof met een mosterdzaadje, iets waar zij erg vertrouwd mee waren. Hoewel een mosterdzaadje een van de „kleinste” van alle zaden is, kan het na enkele maanden uitgroeien tot een boomachtige plant (Matthéüs 13:31, 32). Aldus liet Jezus uitkomen waartoe een weinig geloof al niet in staat zou zijn als het op de juiste wijze werd aangekweekt en gevoed — het schijnbaar onmogelijke zou mogelijk worden.

Maar wat voor bergen zouden Jezus’ discipelen kunnen verplaatsen wanneer zij eenmaal zo’n geloof hadden aangekweekt? Net zoals een letterlijke berg overweldigend groot kan zijn, kunnen met bergen te vergelijken obstakels onze vooruitgang in Jehovah’s dienst belemmeren. Wat kunnen die „bergen” zijn en hoe kunnen wij ze „verplaatsen”?

De apostel Paulus is een voorbeeld van een christen die vele obstakels op zijn weg aantrof. In 2 Korinthiërs 6:4-10 en 2 Korinthiërs 11:23-28 kunt u lezen wat hij allemaal heeft meegemaakt: ontberingen, slaag, gevangenschap, schipbreuk en tal van andere rampspoedige dingen. Behalve al die dingen was er nog die figuurlijke „doorn in het vlees”, mogelijk een probleem met zijn gezichtsvermogen (2 Korinthiërs 12:7; Handelingen 14:15). Hoe zag hij kans zulke met bergen te vergelijken hindernissen te overwinnen en met succes datgene te volbrengen wat Gods wil voor hem was? „Voor alle dingen bezit ik de sterkte door hem die mij kracht verleent”, schreef Paulus. Dit was „opdat de kracht die datgene wat normaal is te boven gaat, van God zou zijn en niet uit onszelf” (Filippenzen 4:13; 2 Korinthiërs 4:7). Paulus had dus een onvoorwaardelijk vertrouwen in Jehovah’s vermogen om hem op het kritieke moment te sterken. Hij had geloof.

In deze tijd bergen verplaatsen

Zou u graag uw dienst voor Jehovah uitbreiden? Net als de honderdduizenden die zich in de groeiende gelederen van de volle-tijdpredikers (pioniers) hebben geschaard, bent u zich wellicht ook bewust van de dringendheid van de tijd en denkt u er misschien ernstig over uw bediening uit te breiden. Doemt er echter een schijnbaar onoverkomelijke, met een grote berg te vergelijken hindernis voor u op? Zo ja, kunt u dan bergen verplaatsen? Duizenden hebben dat gedaan toen zij er moeite voor deden hun dienst voor Jehovah uit te breiden. Hier volgen slechts enkele van hun ervaringen.

Een jonge zuster die de beste van haar klas was en vlak voor haar eindexamen stond, wilde gaan pionieren, maar haar berg was dat zij geen werk kon krijgen. Zij vertelt:

„Mijn eigen negatieve denkwijze en twijfels over mijn pionieren werden een hindernis die ik moest overwinnen. Dat ik mij zo druk maakte om een baan te vinden voordat ik ging pionieren, betekende dat ik niet ten volle vertrouwde op Jehovah en zijn vermogen om te zorgen voor hen die zijn aanbidding op de eerste plaats stellen. Ik bleef maar denken: ’Eerst moet ik een baan hebben en dan dien ik mijn pioniersaanvraag in.’ Ik pionierde niet; in feite verkwistte ik kostbare tijd. Maar een van de gemeenteouderlingen wees mij erop dat hoe langer ik ermee wachtte een begin te maken met de pioniersdienst, des te aantrekkelijker volle-tijdbanen eruit zouden gaan zien, aangezien er niets was dat mij ervan zou weerhouden ze te aanvaarden.”

Wat deed zij? „Ik bad onophoudelijk tot Jehovah of zijn heilige geest mijn daden en denkwijze wilde leiden.” Nadat deze zuster eindexamen had gedaan, ging zij in de hulppioniersdienst en vervolgens in de gewone pioniersdienst. Kort daarna vond zij passend werelds werk dat met haar pioniersschema te combineren was.

Een ouderling wiens vrouw in de pioniersdienst was en die twee kinderen groot te brengen had, vond dat hij meer moest doen dan alleen maar zijn gezin financieel te onderhouden. Voor sommige waarnemers leken de omstandigheden die hem van de pioniersdienst afhielden onoverkomelijk, en toch had hij de wens zijn bediening uit te breiden. Wat moest er veranderen?

„Ik denk dat ikzelf eigenlijk het grootste obstakel was dat overwonnen moest worden”, zegt hij. „Ik genoot altijd van de velddienst, en wanneer ik met degenen sprak die in de volle-tijddienst waren en hun zegeningen zag, merkte ik dat de voortreffelijke geest die zij tentoonspreidden, aanstekelijk werkte. Ik zag mij al op een goede dag in de volle-tijddienst staan. Het probleem met mijn denken was, dat pionieren iets werd waar ik alleen maar aan dacht. Maar ik had mijzelf nooit een datum gesteld waarop ik het doel graag verwezenlijkt zou zien.”

Na de kwestie onder gebed te hebben overwogen, begon deze broeder naar zijn doel van de volle-tijddienst toe te werken. Hij sprak er met zijn chef op het werk over, zette zijn plannen uiteen en vroeg of hij minder uren per week kon werken. Maar in het bedrijf was het nog nooit voorgekomen dat iemand om een dergelijk werkschema had gevraagd.

Hij vervolgt: „Mijn chef beëindigde het gesprek met de mededeling dat mijn verzoek om een verkort werkschema naar alle waarschijnlijkheid niet ingewilligd zou worden. Ik was er vrij zeker van dat het antwoord negatief zou uitvallen als de beslissing alleen van hem afhing. En dus kon de toestemming alleen maar met de hulp van Jehovah komen. Anderhalve week later werd mijn nieuwe schema van directiewege goedgekeurd. Nadat ik mijn chef had bedankt, liep ik de zaak uit naar mijn auto, reed een paar blokken, zette de wagen aan de kant en uitte mijn dankbaarheid en waardering jegens Jehovah. Ja, mijn doel om in de volle-tijddienst te gaan, kon verwezenlijkt worden.”

Hoe ’verplaatste’ een gehuwde zuster haar berg? Zij vertelt: „Ik heb vier kinderen en een ongelovige echtgenoot. Toen ik over pionieren begon te denken, lagen er heel wat obstakels op mijn weg. Om te beginnen was mijn man tijdelijk werkloos, aangezien hij seizoenwerk deed, en ik had een deeltijdbaan om de rekeningen te helpen betalen. Daarom zei ik bij mijzelf dat ik, ook al had ik de wens, vanwege mijn omstandigheden niet kon gaan pionieren. Maar daarin moest ik mijn denkwijze herzien. Ik besefte dat ik, als ik bleef denken dat ik het niet kon, nooit de moeite zou doen om het te proberen. De volgende belangrijke vraag die ik moest beantwoorden, was: Waar haal ik de kracht om te pionieren vandaan? Het antwoord vond ik in Filippenzen 4:13. Ik legde de kwestie niet alleen in gebed aan Jehovah voor, maar ik begon mij ook steeds meer op hem te verlaten. Ook deed ik praktische stappen om mijn doel te bereiken door een goed schema op te stellen en mij voor de hulppioniersdienst op te geven. Na verloop van tijd opende Jehovah successievelijk de weg voor mij om de pioniersdienst op mij te nemen. Mijn man kon weer naar zijn werk en ik slaagde erin mijn deeltijdbaan tot één dag per week te beperken. Niet lang daarna ging ik in de gewone pioniersdienst.”

Bovendien viel haar nu het voorrecht ten deel de pioniersschool te bezoeken, hetgeen een grote hulp voor haar bediening bleek te zijn. „Ik wil gewoon tegen iedereen die erover denkt te gaan pionieren, zeggen dat hij of zij tot Jehovah moet bidden en de kwestie in zijn handen moet leggen”, zegt zij. „Doe er vervolgens moeite voor dat doel te bereiken, en hij zal je inspanningen zegenen.” — Psalm 37:5.

Helpen deze ervaringen u niet te zien hoe een christen door geloof te oefenen, geholpen kan worden met bergen te vergelijken obstakels te overwinnen? Indien u dus de wens hebt te pionieren, onderzoek dan uw omstandigheden. Praat met anderen die pionieren en trek lering uit hun ervaringen. Doe praktische stappen om uw doel te bereiken. En bovenal: leg uw wens in gebed aan Jehovah voor; verlaat u vervolgens op hem om uw inspanningen te zegenen. Ja, ook u kunt bergen verplaatsen!

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen